Olieprijs onder druk: geopolitieke dooi en recordproductie zetten markt in beweging

In het kort

• Olieprijzen daalden licht ondanks een stijging van 1% op weekbasis, met Brent op $63,20 en WTI op $58,55 per vat.

• Amerikaanse olieproductie steeg naar een recordhoogte van 13,84 miljoen vaten per dag in september.

• Aandelen in energie- en grondstoffensector lieten extreme uitslagen zien, met winsten tot +52,8% en verliezen tot -37,7%.

Olieprijzen blijven onder druk ondanks geopolitieke verschuivingen

De oliemarkt sloot de handelsweek op vrijdag 28 november af met een lichte daling, ondanks een eerdere stijging eerder in de week. Brent crude eindigde op $63,20 per vat, terwijl West Texas Intermediate (WTI) daalde tot $58,55 per vat, beide met een verlies van 0,2% op de dag. Dit markeert de vierde maand op rij van dalende olieprijzen, de langste negatieve reeks sinds 2023. De handelsactiviteit was beperkt vanwege de Thanksgiving-vakantie in de VS en een technische storing bij de CME Group die wereldwijd markten verstoorde.

Koersontwikkeling van Brent crude in de afgelopen vijf jaar:

Bron: Seeking Alpha

Wat de marktdynamiek vooral beïnvloedde, was niet de vraag of het aanbod, maar geopolitieke ontwikkelingen. In het bijzonder trok het nieuws over mogelijke vredesgesprekken tussen Rusland en Oekraïne de aandacht van beleggers. Een eventuele de-escalatie van dat conflict zou kunnen leiden tot een afbouw van sancties, waardoor de Russische olie-export weer verder kan toenemen. Dat vooruitzicht zorgt voor onzekerheid over de wereldwijde aanbodkant.

Daarnaast kwam laat op vrijdag het nieuws naar buiten dat de Amerikaanse oud-president Trump en de Venezolaanse president Maduro een telefonisch gesprek hebben gevoerd over een mogelijke ontmoeting. Een normalisering van de betrekkingen tussen Washington en Caracas zou eveneens kunnen leiden tot een heropstart van Venezolaanse olie-exporten richting de VS, wat de neerwaartse druk op de prijzen verder zou kunnen vergroten.

OPEC+ houdt vast aan huidige productieniveaus

Hoewel geopolitiek dus meer olie op de markt zou kunnen brengen, blijft de OPEC+ aan de zijlijn staan. Naar verwachting bevestigt het kartel tijdens haar bijeenkomst dit weekend dat het de productieplafonds in januari ongewijzigd zal laten. Volgens analisten van ING blijft de fundamentele situatie grotendeels ongewijzigd ten opzichte van het vorige overleg, al neemt de onzekerheid rond Russische olie-exporten wel toe. Het uitblijven van nieuwe productieverlagingen is een signaal dat de organisatie voorlopig vertrouwen heeft in een stabiel evenwicht tussen vraag en aanbod, ondanks de recente prijsdruk.

OPEC houdt vinger aan de pols terwijl markt onzeker blijft:

Bron: Financieel Management

Amerikaanse olieproductie bereikt recordniveau

Wat opvalt in het huidige marktbeeld is dat de Amerikaanse olieproductie niet vertraagt, integendeel. Volgens cijfers van de Amerikaanse Energy Information Administration (EIA) steeg de productie in september met 44.000 vaten per dag tot een recordhoogte van 13,84 miljoen vaten per dag. Dit cijfer illustreert dat de Amerikaanse schalie-industrie veerkrachtig blijft, zelfs bij dalende prijzen. De stijgende productie vergroot echter het mondiale overaanbod, wat op termijn extra druk op de prijs kan zetten, vooral als de vraag stagneert door een zwakkere economische groei.

Deze productiegegevens geven ook context aan het presteren van oliegerelateerde ETFs zoals USO, DBO en XLE, die deze week licht in de plus eindigden. Met name XLE, dat energie-aandelen volgt, sloot de week af met een winst van 1,1%. Dit wijst op selectief vertrouwen onder beleggers in de sector, ondanks de onzekere prijsvooruitzichten.

Gasprijzen stijgen zes weken op rij

In schril contrast met de olieprijzen, blijven Amerikaanse aardgasprijzen sterk stijgen. De januari-futures op Nymex sloten vrijdag 6,4% hoger op $4,850 per MMBtu, het hoogste niveau sinds eind 2022. Dit is de zesde opeenvolgende week van prijsstijgingen. De stijging wordt vooral gedreven door een combinatie van koudere weersverwachtingen, verhoogde verwarmingsvraag en een krapper marktaanbod tijdens de feestdagen.

De robuuste prestatie van aardgas vertaalt zich ook in de koerswinsten van specifieke ETFs zoals UNG en BOIL, die profiteren van de opwaartse druk. Ook bedrijven die sterk gepositioneerd zijn in LNG-export of binnenlandse distributie kunnen hiervan profiteren in hun kwartaalresultaten.

Energiemarkt vertoont grote spreiding in aandelenrendementen

Opvallend in de afgelopen week was de extreme volatiliteit onder energie- en grondstoffenaandelen. Sommige bedrijven boekten spectaculaire winsten, zoals New Era Energy & Digital (+52,8%), T1 Energy (+51,5%) en Foremost Clean Energy (+39,4%). Deze stijgingen weerspiegelen de focus van beleggers op alternatieve energiebronnen en digitale energietoepassingen, mogelijk als defensieve posities in een volatiele oliemarkt.

Daarentegen waren er ook forse verliezers. Houston American Energy daalde met 37,7%, gevolgd door Geospace Technologies (-23,8%) en Imperial Petroleum (-19%). Deze dalingen kunnen wijzen op specifieke bedrijfsrisico's, zoals hoge schuldniveaus, operationele tegenvallers of blootstelling aan kwetsbare marktsegmenten.

Deze divergentie in rendementen wijst op een bredere scheiding tussen traditionele fossiele spelers en bedrijven die zich richten op energietransitie. Beleggers lijken hun posities selectiever te kiezen in een sector die onderhevig is aan snelle veranderingen.

Wat dit betekent voor beleggers in olie en gas

Voor beleggers is de huidige dynamiek in de olie- en gasmarkt zowel een risico als een kans. Enerzijds zorgen geopolitieke spanningen, zoals mogelijke vredesbesprekingen in Oekraïne en diplomatieke dooi met Venezuela, voor prijsdruk op olie. Anderzijds blijft de Amerikaanse productie stijgen, wat op de korte termijn geen ruimte laat voor een sterk herstel van de olieprijs, tenzij er ingrijpende maatregelen komen van OPEC+.

De aardgasmarkt laat daarentegen zien dat binnen de energiesector nog steeds ruimte is voor sterke prijsbewegingen en rendement. Bedrijven die opereren in de gassector, zeker met focus op export of seizoensgebonden binnenlandse distributie, kunnen op korte termijn profiteren van de huidige situatie.

ETF-beleggers doen er goed aan om onderscheid te maken tussen olie- en gasgerichte fondsen, evenals tussen hefboomproducten zoals BOIL en KOLD, die gevoelig zijn voor dagelijkse volatiliteit. Tegelijkertijd is het belangrijk om te beseffen dat markten zoals die voor ruwe olie bijzonder gevoelig zijn voor politieke ontwikkelingen, handelsvolumes en onverwachte storingen, zoals afgelopen vrijdag nog bleek.

Wie belegt in individuele aandelen binnen deze sector moet zich bewust zijn van de uiteenlopende prestaties en de onderliggende bedrijfsmodellen. Bedrijven met sterke balansposities, lage productiekosten en duidelijke strategieën rond energietransitie zullen op de lange termijn waarschijnlijk beter bestand zijn tegen marktschokken.

Volatiele oliemarkt dwingt beleggers tot scherpere risicokeuzes:

Bron: Business Insider

De aankomende weken zullen cruciaal zijn, met name als de uitkomsten van OPEC+ en geopolitieke onderhandelingen verder duidelijk worden. Beleggers die alert blijven op zowel macro-economische signalen als fundamentele data hebben een voorsprong in een sector waar richting en sentiment snel kunnen kantelen.

Efficiënt beleggen in een volatiele energiemarkt

De recente koersbewegingen in olie- en gasmarkten laten zien hoe snel rendementen kunnen kantelen door geopolitieke ontwikkelingen en verschillen in aanbod. Ook particuliere beleggers kunnen daarop inspelen door niet alleen naar sectorrisico’s te kijken, maar ook naar de efficiëntie van hun handelsplatform, omdat kosten direct doorwerken in het nettoresultaat.

MEXEM werd door Brokerskiezen.nl uitgeroepen tot beste allround broker van 2025. Beleggers handelen er tegen 0,005 procent aan valutakosten, terwijl dit bij DEGIRO en SAXO Bank rond 0,25 procent ligt, een verschil dat kan oplopen tot honderden tot duizenden euro’s per jaar. Zo positioneert MEXEM zich als beste allround broker van 2025, met scherpe tarieven die het rendement van beleggers merkbaar kunnen verbeteren.