Dit onbekende AI-aandeel kan bizar hard gaan knallen
- Michiel V

- 22 okt
- 4 minuten om te lezen
In het kort:
Iren bouwt duurzame datacenters speciaal voor AI, gericht op snelheid, efficiëntie en GPU-capaciteit.
In plaats van software levert het fysieke infrastructuur en positioneert het zich als de verhuurder van de AI-wereld.
Met een marktwaarde van 15 miljard dollar groeit Iren snel uit tot een veelbelovende uitdager van spelers als Nebius en CoreWeave.
De wereld is in de ban van kunstmatige intelligentie. Terwijl bedrijven als OpenAI, Google en Anthropic de aandacht trekken met hun geavanceerde taalmodellen, speelt zich op de achtergrond een minstens zo interessante strijd af. Niet om data of algoritmes, maar om pure rekenkracht. De groei van AI heeft een wereldwijde schaarste veroorzaakt aan energie en grafische chips, de bouwstenen van elk AI-model. En precies daar komt Iren in beeld.
Waar namen als Nebius Group en CoreWeave de markt domineren met miljardencontracten en gigantische GPU-clusters, bouwt Iren in stilte aan een eigen infrastructuurimperium. Het bedrijf mikt op een sleutelrol in wat analisten inmiddels de neocloud noemen: een nieuwe generatie infrastructuur die volledig is ontworpen voor AI.
De nieuwe architectuur van AI-rekenkracht
Iren is geen softwarebedrijf en ook geen typische cloudprovider. Het is een infrastructuurbouwer in de puurste zin van het woord. Het bedrijf ontwikkelt en beheert datacenters die volledig zijn afgestemd op de extreem zware rekenprocessen van AI. Waar traditionele cloudplatforms werken met generieke servers, kiest Iren voor hypergespecialiseerde installaties die zijn ingericht op GPU-clusters.

De datacenters van Iren maken gebruik van vloeistofkoeling, directe toegang tot duurzame energiebronnen en razendsnelle verbindingen tussen servers. Dit zorgt ervoor dat AI-modellen sneller en energiezuiniger getraind kunnen worden. De filosofie achter Iren is even eenvoudig als doeltreffend: door infrastructuur te bouwen die specifiek is ontworpen voor AI, kan het bedrijven helpen om hun modellen sneller, goedkoper en betrouwbaarder te trainen dan bij grote hyperscalers zoals Amazon Web Services, Microsoft Azure of Google Cloud.
Wat Iren onderscheidt, is zijn focus op schaalbare, duurzame groei. Het bedrijf zoekt bewust locaties met een overvloed aan groene energie, zoals waterkracht en zonne-energie. Daarmee speelt het in op een trend die steeds belangrijker wordt in de techsector: efficiëntie combineren met duurzaamheid.
Een kans in een oververhitte markt
De timing van Iren lijkt nauwelijks beter te kunnen. Sinds de doorbraak van generatieve AI is de vraag naar grafische chips geëxplodeerd. Bedrijven die met Nvidia- of AMD-hardware willen werken, moeten maanden wachten en diep in de buidel tasten. Zelfs technologiegiganten hebben moeite om voldoende GPU’s te bemachtigen.
Dat tekort heeft een nieuwe industrie doen ontstaan: aanbieders die GPU-capaciteit verhuren via de cloud. In die niche zijn Nebius Group en CoreWeave razendsnel uitgegroeid tot marktleiders. Nebius sloot onlangs een contract van 17 miljard dollar met Microsoft, terwijl CoreWeave nauw samenwerkt met OpenAI om hun rekenkracht op te schalen. Zelfs Oracle mengde zich in de strijd met een megadeal van honderden miljarden voor AI-cloudservices.
Toch ziet Iren ruimte om de markt open te breken. Waar de meeste concurrenten zowel software als infrastructuur aanbieden, concentreert Iren zich volledig op de fysieke kant van het verhaal: stroomvoorziening, koeling en serverruimte. In zekere zin fungeert het bedrijf als de verhuurder van de AI-wereld. Het levert de energie en ruimte waarin anderen hun modellen kunnen bouwen. Dat maakt het flexibel, schaalbaar en minder afhankelijk van de softwareontwikkeling van klanten.
De kracht van tastbare infrastructuur
Iren bevindt zich in een interessante positie tussen een pure infrastructuuraanbieder en een beginnende cloudprovider. Het bezit tastbare middelen die in de huidige markt steeds zeldzamer worden: land, energiecontracten en moderne datacenters. In een tijd waarin digitale rekenkracht letterlijk schaars is, zijn dat de activa die in waarde blijven stijgen.
Als Iren erin slaagt om langdurige contracten te sluiten met grote AI-bedrijven en zijn infrastructuur verder uit te breiden, kan de waardering van het bedrijf de komende jaren flink oplopen. Met een huidige marktwaarde van zo’n 15 miljard dollar is het nog relatief klein vergeleken met de gevestigde spelers. Toch zien beleggers potentie: de vraag naar betrouwbare en efficiënte rekenkracht groeit sneller dan het aanbod.

Tegelijkertijd zijn de risico’s niet te negeren. Het bouwen van geavanceerde datacenters kost miljarden en vereist een constante stroom van onderdelen, vergunningen en energie. Een tekort aan chips of vertraging in de bouw kan grote gevolgen hebben. Ook blijft het afwachten of Iren partnerschappen kan sluiten met grote namen in de sector, iets wat cruciaal is om op wereldniveau mee te doen.
Een stille uitdager met grote ambities
Iren is nog lang niet op het niveau van Nebius of CoreWeave, maar de fundamenten zijn stevig. Het bedrijf kiest voor een duidelijke strategie: focussen op wat het het beste kan en de rest overlaten aan partners. Door infrastructuur te leveren die klaar is voor de volgende generatie AI-modellen, positioneert Iren zich slim voor de toekomst.
In de komende jaren zal blijken of het bedrijf de stap kan maken van belofte naar gevestigde naam. Als het lukt, zou Iren weleens kunnen uitgroeien tot de stille kracht achter de AI-revolutie. Of het de volgende Nebius wordt, weet niemand. Maar één ding is zeker: in de race om de digitale wereld van energie en intelligentie te voorzien, heeft Iren alvast een veelbelovende voorsprong genomen.



































































































































Opmerkingen