Recordwinsten, recordhype: is dit DE koopkans in AI of staan we op de rand van een crash?
- Jan Kuijpers
- 2 uur geleden
- 4 minuten om te lezen
In het kort
AI-aandelen schieten +200% tot +900% omhoog, terwijl een groot deel van de sector nog verlieslatend is en waarderingen extreem zijn.
Nvidia ($4,5 biljoen), ASML (ongeveer $400 miljard) en OpenAI ($500 miljard) zijn nu al groter dan de grootste dotcom-reuzen ooit een signaal van zowel potentie als bubbelgevaar.
De parallellen met 2000 zijn duidelijk: hype en kapitaal stromen naar boven, maar slechts een kleine groep infrastructuurspelers levert echte winst en schaal.
De razendsnelle opmars van Artificial Intelligence heeft in 2024-2025 geleid tot een zeldzame combinatie van enthousiasme, investeringsdrift en nervositeit. Beleggers zien recordhoeveelheden kapitaal richting AI-modellen, datacenters, chips, automatiseringssoftware en start-ups stromen. Maar tegelijk groeit de twijfel: is dit een duurzame technologische revolutie, of kijken we naar een moderne variant van de dotcom-bubbel?
Dit artikel plaatst de huidige AI-hype in historisch perspectief, bespreekt waarderingen, haalt bekende sceptische citaten over internet en AI aan, en eindigt met een vergelijking tussen de huidige AI-giganten en de grootste beurslievelingen tijdens de dotcom-bubbel.
Scepsis toen en nu: dezelfde twijfels, andere technologie
De huidige AI-hausse gaat gepaard met uitzonderlijk hoge waarderingen, en dat blijft niet onopgemerkt. Verschillende prominenten waarschuwen voor overspannen verwachtingen. Sam Altman (OpenAI) zegt:
“When bubbles happen, smart people get over-excited about a kernel of truth… Are we in a phase where investors as a whole are over-excited about AI? My opinion is yes.”
Sridhar Vembu (Zoho) noemt veel AI-investeringen “speculatief” en “zeer ongemakkelijk”.
Mary Daly (Fed San Francisco) benadrukt dat de productiviteitswinst van AI “nog onvoldoende hard is aangetoond”.
Die kritische toon klinkt opvallend veel als de scepsis rond het internet in de jaren ’90.
Paul Krugman stelde in 1998:
“By 2005 or so, it will become clear that the Internet's impact on the economy has been no greater than the fax machine's.”
Robert Metcalfe voorspelde in 1995:
“I predict the Internet will soon go spectacularly supernova and in 1996 catastrophically collapse.”
Clifford Stoll schreef in Newsweek in 1995:
“The Internet? Bah!”
Charlie Munger (vice-voorzitter Berkshire Hathaway waarschuwde jaren later over internetplatforms:
“I don't invest in what I don't understand. And I don't want to understand Facebook.”
“I don't want people putting all this personal stuff into a permanent record when they are 15 years of age. I think it's counterproductive.”
De boodschap is helder: grote technologische omwentelingen roepen altijd zowel hype als diepe twijfel op. Maar sceptische quotes hoe beroemd ook zeggen weinig over wie uiteindelijk de winnaars worden. Wat telt voor beleggers is niet het sentiment, maar welke bedrijven echte schaal, marges en duurzame waarde weten te realiseren.
Marketcaps: AI-giganten nu versus dotcom-reuzen toen
Een krachtig manier om de huidige AI-hausse in perspectief te plaatsen, is te kijken naar de waarderingen van de grootste spelers en die direct te vergelijken met de reuzen uit de dotcom-periode.
AI-leiders anno 2025:
Nvidia ongeveer $4,5 biljoen, de waardevolste beursgenoteerde onderneming ter wereld
ASML, tussen $350–400 miljard, cruciaal in de wereldwijde chipketen
OpenAI, circa $500 miljard op basis van private markten, zonder beursnotering
Dotcom-reuzen rond 1999–2000
Microsoft: ongeveer $600 miljard op de piek
Cisco Systems: meer dan $500 miljard
Intel: rond $495–509 miljard
Yahoo: tussen $100–125 miljard
Wat valt beleggers meteen op?
De huidige AI-waarderingen zijn nominaal veel groter dan wat zelfs de allergrootste dotcom-reuzen ooit bereikten.
Een bedrijf, Nvidia, is vandaag bijna 8 tot 9 keer groter dan de grootste bedrijven uit de dotcom-bubbel.
Zelfs een private speler als OpenAI zit al in de buurt van de waarderingen van Microsoft, Cisco en Intel tijdens de hoogtijdagen van 2000.
Deze cijfers laten duidelijk zien dat we ons in een historisch uitzonderlijke waarderingsomgeving bevinden.
De dotcom-bubbel in vogelvlucht
De dotcom-bubbel ontstond toen beleggers massaal investeerden in internetbedrijven met minimale omzet en weinig concrete winstvooruitzichten. De Nasdaq steeg met ruim 600% tussen 1995 en maart 2000, om daarna ongeveer 78% te dalen.
Bedrijven die zwaar geraakt werden:
Pets.com: symbool van misplaatste verwachtingen, snel failliet
Webvan: ooit 4,8 miljard dollar waard, in 2001 verdwenen
WorldCom, NorthPoint, Global Crossing: failliet of opgeknipt
Overlevers die sterker uit de crash kwamen:


Bron: TradingView Cisco & Amazon Share Price history
Amazon: zakte diep weg, maar werd uiteindelijk wereldmarktleider
eBay: werd snel winstgevend dankzij een schaalbaar model
Cisco: verloor tot 90% van zijn waarde en heeft de afgelopen 20 jaar moeten herstellen.
Tussen 2000 en 2002 verdampte naar schatting 5.000 miljard dollar aan marktkapitalisatie.
AI versus internet: parallellen en verschillen
Parallellen tussen AI en dotcom | Verschillen tussen AI en dotcom |
Extreem hoge waarderingen zonder bewezen winstgevendheid | AI wordt sneller en breder commercieel toegepast dan internet in de beginfase |
Een narratief dat soms belangrijker lijkt dan de cijfers | Big Tech financiert de AI-revolutie met enorme winsten, dotcom-bedrijven hadden die schaal niet |
“New era thinking”: klassieke waarderingen zouden minder relevant zijn | AI vereist tastbare infrastructuur (GPU’s, datacenters, energie) met blijvende waarde |
Wat betekent dit voor beleggers?
AI lijkt uit te groeien tot een even structurele, misschien zelfs fundamentelere technologie dan het internet zelf. Tegelijk is een gedeeltelijke bubbel goed mogelijk, gezien de extreme waarderingen en de sterke concentratie van kapitaal in een klein aantal winnaars. Uiteindelijk zullen vooral bedrijven met schaal, stevige marges en echte infrastructuur overblijven; een groot deel van de AI-apps en start-ups zal het niet redden.
Wie de spanning tussen structurele groei en bubbelrisico in AI wil vertalen naar een robuuste beleggingsstrategie, komt al snel uit bij kostenbeheersing en efficiënte uitvoering. Zeker in markten waar rendementen steeds sterker worden bepaald door een klein aantal winnaars, kan een lage kostenvoet het verschil maken tussen achterblijven en bijblijven.
MEXEM werd door Brokerskiezen.nl uitgeroepen tot beste allround broker van 2025. Beleggers handelen er tegen 0,005% valutakosten, tegenover 0,25% bij DEGIRO en SAXO Bank, een verschil dat op jaarbasis kan oplopen tot honderden tot duizenden euro’s. Daarmee geldt MEXEM voor veel beleggers als de meest complete keuze voor wie lage kosten en internationale spreiding belangrijk vindt.





















































