China´s dubieuze aandelenmarkt
In het kort:
China heeft dit jaar meer dan 200 nieuwe bedrijven op zijn binnenlandse markten zien debuteren, waarmee meer dan $40 miljard is opgehaald. Dit overtreft het bedrag dat op Wall Street is opgehaald en vertegenwoordigt bijna de helft van het wereldwijde totaal.
Ondanks deze toestroom van nieuwe beursintroducties is de benchmark CSI 300-index van China sinds januari met 14 procent gedaald, wat duidt op zorgen over de vertraging van de economische groei en een liquiditeitscrisis in de vastgoedsector.
Deze situatie weerspiegelt de beleidswijzigingen in Peking onder leiding van president Xi Jinping, die gericht zijn op het aantrekken van investeringen in sectoren die in overeenstemming zijn met zijn prioriteiten voor controle, nationale veiligheid en technologische zelfvoorziening.
China's beursparadox: stagnatie in een tijd van beursintroducties
China heeft dit jaar meer dan 200 nieuwe bedrijven op zijn binnenlandse markten zien debuteren, waarmee meer dan $40 miljard is opgehaald, terwijl de benchmark CSI 300-index van het land sinds januari met 14 procent is gedaald. Dit fenomeen is het gevolg van significante beleidswijzigingen in Peking, die gericht zijn op het investeren van kapitaal in sectoren die passen bij de prioriteiten van president Xi Jinping.
Een jaar geleden benadrukte Xi de noodzaak om een "nieuw nationaal systeem" te mobiliseren om doorbraken te versnellen in strategische gebieden door "de leiding van de partij en de staat op belangrijke wetenschappelijke en technologische innovaties te versterken en de rol van marktmechanismen volledig te benutten." Deze visie onderscheidt zich duidelijk van het beleid dat onder Mao Zedong werd gevoerd, waarbij top-down economische planning prevaleerde.
Terwijl Mao China's effectenbeurzen sloot, wil Xi de binnenlandse aandelenmarkten gebruiken om de afhankelijkheid van onroerend goed en infrastructuur voor economische groei te verminderen. Maar zijn beleid plaatst partijpolitiek boven winst en heeft geleid tot een overmatig aantal beursintroducties, wat de markt heeft verzadigd en bestaande aandelen heeft gedrukt.
Om deze verschuiving naar strategische sectoren zoals halfgeleiderfabricage, biotechnologie en elektrische voertuigen te ondersteunen, is het essentieel om bedrijven in deze sectoren openbaar te laten worden. Hierdoor kunnen ze kapitaal ophalen en bijdragen aan de groei in consumentenbestedingen die nodig is om het gat op te vullen dat is ontstaan door de afname van de Chinese vastgoedmarkt.
Het nieuwe nationale systeem
Om dit te bereiken, heeft China een nieuw "registratie gebaseerd" noteringssysteem geïntroduceerd, dat het formele proces voor beursintroducties transparanter heeft gemaakt. Bovendien is er een informeel "stoplichtsysteem", waarbij regelgevers Chinese investeringsbanken instrueren over welke bedrijven daadwerkelijk naar de beurs kunnen gaan. Bedrijven in strategisch belangrijke sectoren krijgen een "groen licht", terwijl anderen een "rood licht" krijgen, wat effectief betekent dat ze niet openbaar kunnen worden.
Deze benadering heeft echter ook uitdagingen. Als beleggers in nieuw genoteerde bedrijven hun aandelen onmiddellijk verkopen, kan dit de markt destabiliseren. Om dit te voorkomen, hebben regelgevers "lock-up" periodes verlengd, waarin institutionele investeerders hun aandelen niet mogen verkopen.
Desondanks hebben deze inspanningen de markt niet op dezelfde manier gestimuleerd als in het verleden. China probeert nu binnenlandse institutionele beleggers aan te moedigen om aandelen in strategische sectoren te kopen en vast te houden om de prijzen te ondersteunen.
Wil je meer lezen?
Abonneer je op debelegger.nl om deze exclusieve post te kunnen blijven lezen.