Rente & PCE‑inflatie - Wat betekent dit voor het Fed‑rentebesluit?
- Davey Groeneveld
- 29 aug
- 4 minuten om te lezen
In het kort:
De kern-PCE-inflatie steeg in juli naar 2,9%, boven het doel van de Fed.
De PCE-index is de favoriete maatstaf van de Fed omdat deze breed is en veranderingen in consumentengedrag weerspiegelt.
De kans op een Fed-renteverlaging in september is toegenomen naar 89,2%, ondanks de inflatie, omdat de focus verschuift naar de arbeidsmarkt.
De Amerikaanse inflatie, gemeten aan de hand van de PCE-prijsindex, is in juli licht gestegen naar 2,9%. Dit inflatiecijfer, dat de prijzen van voedsel en energie uitsluit, is voor de Federal Reserve (de Fed) een belangrijke indicator. Hoewel het percentage precies in de lijn der verwachting lag, ligt het nog steeds boven de 2% die de centrale bank nastreeft.
Desondanks lijkt de Amerikaanse economie gezond te blijven. De consumentenbestedingen stegen met 0,5% en het persoonlijk inkomen met 0,4%, wat aantoont dat de hogere prijzen de uitgaven van consumenten niet afremmen. De prijsstijgingen zijn voornamelijk te wijten aan hogere kosten voor diensten, terwijl energie en goederen juist goedkoper werden.
De markten verwachten dat de Fed de rente in september zal verlagen, ondanks dat de inflatie boven het doel blijft. Een belangrijke reden hiervoor is dat de centrale bank zich zorgen maakt over mogelijke zwakte op de arbeidsmarkt. De Fed moet een balans vinden tussen het bestrijden van de inflatie en het stimuleren van de economie. De focus blijft liggen op de arbeidsmarktgegevens om te bepalen of een renteverlaging van de Fed de juiste stap is.

Wat is de PCE inflatie?
De Personal Consumption Expenditures (PCE) prijsindex is de primaire inflatiemaatstaf die de Amerikaanse Federal Reserve (de Fed) hanteert voor haar monetaire beleid. In tegenstelling tot de Consumer Price Index (CPI), die een vaste mand van goederen en diensten meet, weerspiegelt de PCE-index veranderingen in het consumentengedrag en houdt het rekening met substitutie-effecten. Dit betekent dat de index verschuivingen in uitgavenpatronen volgt, wat een dynamischer en volgens de Fed accurater beeld van de inflatiedruk in de economie biedt. De brede reikwijdte van de PCE-index omvat een verscheidenheid aan categorieën zoals duurzame goederen (bijv. auto's en meubels), niet-duurzame goederen (bijv. kleding en benzine) en een breed scala aan diensten (bijv. gezondheidszorg, huisvesting en vliegreizen).
Binnen de PCE-index ligt de nadruk van beleidsmakers op de kern-PCE. Dit cijfer is van cruciaal belang omdat het de volatiele prijzen van voedsel en energie uitsluit. Deze componenten kunnen aanzienlijke prijsschommelingen ervaren als gevolg van tijdelijke en onvoorspelbare factoren, zoals weersomstandigheden of geopolitieke spanningen. Door deze te negeren, biedt de kern-PCE een helderder inzicht in de onderliggende, langetermijninflatietrends. Dit stelt de Fed in staat om beter te beoordelen of de inflatie structureel beweegt in de richting van haar officiële doelstelling van 2%. De categorieën die overblijven in de kern-PCE zijn bijvoorbeeld de prijzen voor gezondheidszorg, communicatie, onderwijs en financiële diensten.
De PCE-index, en in het bijzonder de kern-PCE, is een sleutelfactor voor beleggingsstrategieën. De Fed baseert haar rentebesluiten direct op deze data. Aanhoudend hoge PCE-inflatiecijfers kunnen leiden tot een verkrappend monetair beleid met renteverhogingen, wat doorgaans een negatieve invloed heeft op de aandelenmarkt en een positieve op obligaties. Daarentegen kan een daling van de inflatie naar de 2%-doelstelling aanleiding geven tot renteverlagingen, wat de risicobereidheid van beleggers kan verhogen en de aandelenmarkten kan stimuleren. Het monitoren van de PCE-publicaties is daarom essentieel voor het anticiperen op toekomstige beleidsbeslissingen en het adequaat positioneren van een portefeuille.

Liever niet al teveel bezig zijn met individuele aandelen en macro-economisch nieuws? Lees dan ook dit artikel: Passief inkomen? Deze Dividend ETF versloeg de S&P500
Aanstaande FED meeting
De financiële markten richten hun blik momenteel volledig op de Federal Reserve, waar de verwachting van een aanstaande renteverlaging aanzienlijk is toegenomen. De recent gepubliceerde inflatiecijfers, die een lichte stijging van de kern-PCE laten zien, lijken paradoxaal genoeg de kans op een renteverlaging te hebben verhoogd. Hoewel een hogere inflatie normaal gesproken het tegenovergestelde zou suggereren, interpreteren beleggers de cijfers als beheersbaar en in lijn met de verwachtingen. Dit geeft de Fed de ruimte om zich te concentreren op andere economische risico's, met name een mogelijke verzwakking van de arbeidsmarkt. Volgens de meest recente marktdata bedraagt de kans op een renteverlaging tijdens de bijeenkomst van 17 september maar liefst 89,2%. Dit is een stijging ten opzichte van de vorige week, toen de kans nog op 84,7% lag.
Het sentiment rondom de renteverlaging is de afgelopen periode drastisch verschoven. Terwijl de markten in juli nog verdeeld waren over een mogelijke renteverlaging, met een kans van slechts 63,3%, is het nu bijna een uitgemaakte zaak. Deze verschuiving kan worden toegeschreven aan een combinatie van factoren: de aanhoudende, zij het gematigde, inflatiecijfers en de groeiende signalen van een verzwakkende arbeidsmarkt. De Fed lijkt hiermee prioriteit te geven aan het tegengaan van mogelijke economische zwakte, boven de strijd tegen inflatie die nog niet volledig is gewonnen. De acceptatie van een inflatieniveau dat boven het streefdoel ligt, in ruil voor het behouden van economische stabiliteit, is een belangrijke beleidswijziging.
Een renteverlaging op 17 september zou significante gevolgen hebben voor de financiële markten. Historisch gezien stimuleert een soepeler monetair beleid de economie door lenen goedkoper te maken. Dit kan de groei van bedrijven aanjagen en heeft vaak een positief effect op de aandelenmarkten. Beleggers zouden in dit scenario meer risico durven te nemen, wat de vraag naar aandelen en andere risicovolle activa kan verhogen. Tegelijkertijd kunnen de rendementen op staatsleningen en spaarrekeningen dalen. Het anticiperen op deze verschuiving is cruciaal voor beleggers die zich voorbereiden op de mogelijke beleidsverandering.








































































































































Opmerkingen