top of page

Belasting over je vermogen: Alles wat je moet weten in 2023

In het kort:

  • Er heerst nog altijd veel onzekerheid onder beleggers over de vermogensbelasting. In dit artikel leggen we je alles uit wat je moet weten in 2023.

  • Het tarief stijgt stapsgewijs tot 34% in 2025 met een hogere heffingsvrij vermogen.

  • Op het eerste oog lijken de spaarders te profiteren, maar actieve beleggers gaan wellicht meer betalen.


Het onderwerp vermogensbelasting, of zoals we het ook wel noemen, de vermogensrendementsheffing, is al jaren een punt van discussie en soms zelfs frustratie onder Nederlanders. De kern van het probleem? Het betalen van belasting over rendementen die men in werkelijkheid niet eens heeft gerealiseerd. Zo kan het gebeuren dat iemand méér aan de fiscus afdraagt dan dat hij of zij feitelijk heeft verdiend. Dit voelde voor velen als een onrechtvaardig systeem. En deze gevoelens werden bevestigd toen de rechter besloot dat de Belastingdienst inderdaad onredelijk handelde.


Wat is er dan precies aan de hand? Jarenlang rekende de Belastingdienst met zogenoemde 'fictieve rendementen' voor het berekenen van de vermogensbelasting. Er werd daarbij uitgegaan van een gemiddeld rendement op spaargeld en beleggingen, ongeacht de werkelijke resultaten die daadwerkelijk behaald werden. Voor velen voelde dit als een oneerlijk systeem, vooral in tijden waarin de werkelijke rendementen op spaargeld extreem laag waren.


De belastingdienst keek kortom naar een fictieve verdeling van je spaar- en beleggingsgeld. Door rechterlijke uitspraken is dit systeem echter herzien. Hoewel een volledig nieuw systeem pas in 2026 of 2027 zijn intrede zal doen, zijn de komende jaren alvast overgangsjaren. En dat betekent dat er stappen worden gezet richting een (volgens de fiscus) eerlijker systeem.


Hoe werkt de vermogensbelasting in 2023?

Gedurende deze periode blijft de Belastingdienst werken met fictieve rendementen, maar deze zijn aangepast om dichter bij de realiteit te staan. Verder wordt de heffing nu toegepast op de werkelijke verdeling van iemands vermogen, en zal het belastingpercentage geleidelijk stijgen van 31% naar 34%. Voor 2023 is het belastingpercentage 32% en zijn de fictieve rendementen voorlopig als volgt (definitieve vaststelling begin 2024):

Bron: De Belegger

Het is belangrijk te benadrukken dat de Belastingdienst belasting heft op 'vermogen'. Dit is het bedrag dat overblijft wanneer schulden worden afgetrokken van bezittingen. Denk hierbij aan spaargeld, beleggingen, maar ook aan onroerend goed zoals een tweede huis of beleggingspand. Let op: je eigen huis telt doorgaans (op enkele uitzonderingen na) niet mee als vermogen. Schulden kun je aftrekken van het vermogen en de rente die je hierover betaalt, kun je ook in mindering brengen tegen een fictief rendement (2,57%). Er is echter wel een drempel op de schulden die in rekening wordt gebracht. Deze bedraagt €3.400 per persoon. Schulden onder dit bedrag mogen dus niet worden verrekend.


Deze drempel komt deels voort uit het feit dat er ook een heffingsvrij vermogen, een bedrag waarover je geen belasting betaalt, bestaat. Dit bedrag ligt in 2023 op €57.000, of het dubbele (€114.000) voor fiscale partners. Wanneer je vermogen kortom lager is dan €57.000, hoef je je nog geen zorgen te maken over al deze regeltjes.


Rekenvoorbeelden vermogensbelasting 2023

Om het een en ander te verduidelijken, zullen we alle bovenstaande informatie eens in de praktijk brengen. Hierdoor wordt het gemakkelijker om de bovenstaande informatie te begrijpen en ook daadwerkelijk toe te passen. We zullen twee voorbeelden geven, waarin verschillende scenario's worden behandeld.


€70.000 vermogen zonder fiscaal partner

Een simpel voorbeeld: Stel, je hebt een vermogen van €70.000 op 1 januari 2023, zonder fiscale partner. Voor de volledigheid gaan we er ook nog vanuit dat je €5.000 aan schulden hebt. Het vermogen is in gelijke proportie verdeeld, waardoor €35.000 wordt gespaard en €35.000 wordt belegd. Het totale vermogen noemen we de gezamenlijke rendementsgrondslag.


Natuurlijk moeten we nog rekening houden met de vermogensvrijstelling. Deze bedraagt €57.000 zonder fiscaal partner. Het vermogen waarover belasting afgedragen moet worden, komt dan uit op (€70.000 - €57.000) €13.000. Daarnaast mag je ook de schulden aftrekken minus de drempel van €3.400 per persoon. In dit geval mag je dus (€5.000 - €3.400) €1.600 aftrekken. De grondslag sparen en beleggen bedraagt in dit geval €11.400. Hier komen we echter later op terug. Voor nu is dit de situatie:

  • €35.000 aan spaargeld tegen 0,36% rendement: €126 fictief rendement.

  • €35.000 aan beleggingen tegen 6,17% rendement: €2.159 fictief rendement.

  • €5.000 aan schulden tegen 2,57% rente: €42 fictieve rente*.

* Na rekening te gehouden met de drempel van €3.400 per persoon, blijft er €5.000 - €3.400 = €1.600 over om af te trekken.


In totaal wordt (€126 + €2.159 - €42) = €2.243 aan fictief rendement berekend. Maar hoe verhoudt dit zich nu tot het vrijgestelde vermogen? Hier wordt het wat ingewikkelder.


Want in welke verhouding moet het vrijgestelde vermogen worden opgevuld? Het liefst willen we natuurlijk zoveel mogelijk van het vermogen in beleggingen verrekenen in de vrijstelling, zodat het overige vermogen (voornamelijk spaargeld) minder zwaar wordt belast. Helaas werkt het niet helemaal op deze manier. Om dit op een eerlijke manier te doen, moeten we de grondslag sparen en beleggen delen door de gezamenlijke rendementsgrondslag. Dit geeft ons het volgende:


€11.400 : €70.000 * 100% = 16,28%.


Dit vertelt ons het voordeel uit sparen en beleggen, waardoor we dit in een verhouding kunnen zetten. Dit percentage vermenigvuldig je vervolgens met het totale fictieve rendement.


16,28% * €2.243 = €365. Zoals we al even hebben benoemd is het belastingpercentage in 2023 32%, waardoor de te betalen vermogensbelasting uiteindelijk dit bedrag is: 32% * €365 = €116.


In dit scenario betaal je dus uiteindelijk een bedrag van €116 aan vermogensbelasting.


€400.000 vermogen met fiscaal partner

In het tweede voorbeeld gaan we uit van een gezamenlijk vermogen van €400.000 met fiscaal partner. Hierbij gaan we ervan uit dat er geen schulden zijn en dat er €270.000 wordt belegd en €130.000 wordt gespaard.


  • €130.000 aan spaargeld tegen 0,36% rendement: €468 fictief rendement.

  • €270.000 aan beleggingen tegen 6,17% rendement: €16.659 fictief rendement.

  • Totaal fictief rendement: €17.127


Ook hier moeten we weer rekening houden met de vermogensvrijstelling. We hebben hier echter te maken met een fiscaal partner, waardoor de vrijstelling niet €57.000 bedraagt, maar €114.000. De grondslag sparen en beleggen bedraagt dus (€400.000 - €114.000) €286.000.


Nu herhalen we wederom hetzelfde trucje als in het vorige voorbeeld. We delen €286.000 door €400.000 wat ons 71,50% geeft. In het vorige voorbeeld kregen we een veel lager percentage: 32,86%. Dat komt omdat de vermogensvrijstelling daar relatief veel meer impact had. Hoe hoger je vermogen, hoe minder interessant deze vrijstelling wordt.


71,50% * €17.127 = €12.245 en van dit bedrag moet 32% aan de fiscus worden afgedragen. Hierdoor komen we uit op een bedrag van (32% * €12.245) €3.918. Dit bedrag vertegenwoordigt de totale vermogensbelasting.


Conclusie..

Vermogensbelasting is al jaren een twistpunt onder Nederlanders, voornamelijk vanwege het gevoel van onrechtvaardigheid bij het betalen van belasting over niet-gerealiseerde rendementen. Jarenlange gehanteerde fictieve rendementen door de Belastingdienst hebben bijgedragen aan deze onvrede, vooral in periodes van lage werkelijke rendementen op spaargelden. De recente rechterlijke uitspraken hebben geleid tot herzieningen in dit systeem, met de belofte van een eerlijke belastingheffing.


Bovendien zijn er specifieke vrijstellingen en drempels opgesteld, zoals het heffingsvrij vermogen, waardoor de belastingdruk voor sommige mensen mogelijk wordt verminderd. De rekensom is ook een stuk moeilijker geworden vergeleken met voorgaande jaren. Het is daarom essentieel om goed geïnformeerd te zijn over deze wijzigingen om te begrijpen hoe ze van invloed zijn op hun financiële situatie. Per saldo kunnen we misschien wel stellen: leuker kan de Belastingdienst het niet maken, maar makkelijk blijkbaar ook niet. Heb je vragen of opmerkingen? Stuur een e-mail naar Michiel@debelegger.nl

Wil je meer lezen?

Abonneer je op debelegger.nl om deze exclusieve post te kunnen blijven lezen.

Comments


Net binnen..

Meld je aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief!

Bedankt voor het abonneren!