Autogigant wil terug naar de top met investering van $13 miljard
- Mika Beumer
- 9 uur geleden
- 4 minuten om te lezen
In het kort
Stellantis investeert $13 miljard in zijn Amerikaanse activiteiten en creëert 5000 nieuwe banen.
Fabrieken in Detroit, Illinois, Indiana, Ohio en Michigan krijgen een nieuwe rol, met focus op Jeep, Ram en elektrische voertuigen.
De nieuwe CEO Antonio Filosa wil het marktaandeel in de VS herstellen na jaren van dalende verkopen.
Na jaren van verval keert Stellantis terug naar de Amerikaanse groeimarkt
Stellantis, het moederbedrijf achter merken als Jeep, Ram, Dodge en Chrysler, heeft een fors investeringsplan onthuld dat zijn positie op de Amerikaanse markt nieuw leven moet inblazen. In totaal zal het concern $13 miljard investeren in fabrieken in vijf Amerikaanse staten. Dit moet leiden tot de creatie van 5000 nieuwe banen en de introductie van meerdere nieuwe voertuigen, waaronder elektrische modellen.
Stellantis doet grootste investering ooit in VS met $13 miljard voor nieuwe modellen en banen

De aankondiging markeert een strategisch keerpunt. Sinds het overlijden van voormalig topman Sergio Marchionne in 2018 is de verkoop van Stellantis in de VS fors teruggelopen: van 2,2 miljoen voertuigen in 2018 naar slechts 1,3 miljoen in 2024. Het concern staat inmiddels op de zesde plaats in de Amerikaanse verkoopranglijst. Antonio Filosa, de nieuwe CEO van Stellantis North America, heeft duidelijk ambitie: terug naar de top, en snel.
Het investeringsplan is breed opgezet en raakt meerdere iconische merken en locaties. In Detroit zal de nieuwe generatie Dodge Durango van de band rollen. In Kokomo, Indiana, komt een geheel nieuwe motorenfabriek. En het omstreden Belvidere-complex in Illinois, dat op de nominatie stond om gesloten te worden, zal heropend worden dankzij druk van de vakbond UAW. Daar zullen straks twee Jeep-modellen worden gebouwd: de Cherokee en de Compass.
Productielocaties krijgen nieuw leven, focus ligt op Amerikaanse merken
Het zwaartepunt van het investeringsprogramma ligt bij de merken Jeep en Ram, die volgens Stellantis het grootste groeipotentieel hebben binnen de Amerikaanse markt. Jeep, ooit hét symbool van robuuste SUV’s, en Ram, bekend van zijn populaire pick-up trucks, hebben de afgelopen jaren marktaandeel verloren aan concurrenten als Ford en Toyota. De nieuwe strategie draait om schaalvergroting, vernieuwing en herpositionering.
Stellantis blijft achter bij Ford en Toyota in beursrendement over 2025

In Warren, Michigan, zal Stellantis twee nieuwe voertuigen bouwen, waaronder een range-extended elektrische auto. Dit is een duidelijke knipoog naar de toekomstige elektrificatie van het wagenpark, zonder de afhankelijkheid van laadnetwerken die volledig elektrische modellen met zich meebrengen. De beslissing om ook hier te investeren komt niet uit het niets: de fabriek was eerder onderbenut, maar beschikt over de capaciteit om snel op te schalen.
Toledo, Ohio, zal de productie van een midsize pick-up overnemen, een model dat oorspronkelijk in Belvidere zou worden gebouwd. Deze herschikking van de productiecapaciteit laat zien dat Stellantis niet alleen geld in nieuwe capaciteit steekt, maar ook bestaande infrastructuur efficiënter wil inzetten.
Politiek en productiviteit spelen mee in investeringsbeslissing
Hoewel een deel van de investering gericht is op het verhogen van de productiecapaciteit, is het belangrijkste doel het beter benutten van bestaande fabrieken. CEO Filosa erkent dat veel van de infrastructuur al aanwezig is, maar dat deze simpelweg niet op volle toeren draait. Het heropenen van Belvidere is symbolisch: een overwinning voor de UAW en een signaal dat Stellantis bereid is om werkgelegenheid te behouden in ruil voor productiezekerheid.
Ook de geopolitieke context speelt mee. Door meer voertuigen in de VS te produceren, reduceert Stellantis zijn afhankelijkheid van importen uit Canada en Mexico. Hoewel de productie daar niet volledig verdwijnt, is de boodschap duidelijk: de Amerikaanse markt verdient een lokale aanpak, zeker nu protectionisme en nationale productiebeleid wereldwijd weer in opkomst zijn.
Filosa benadrukt dat de investering niet zomaar een reactie is op politieke druk, maar een structurele keuze voor groei. “We hebben twee merken die diepe wortels hebben in de VS. Jeep en Ram zijn niet dood, ze zijn gewoon stilgevallen. Nu is het tijd om ze opnieuw te laten schitteren,” aldus Filosa.
Terug naar groei: kan Stellantis marktaandeel heroveren?
Het groeiplan van $13 miljard is niet alleen een industrieel verhaal, maar ook een beursverhaal. Beleggers zullen nauwlettend volgen of deze heroriëntatie leidt tot herstel in omzet, marktaandeel en marges. De Amerikaanse markt blijft cruciaal: niet alleen vanwege de omvang, maar ook vanwege de marges op grote voertuigen zoals SUV’s en pick-ups.
Dat Stellantis inzet op zowel verbrandingsmotoren als geëlektrificeerde modellen past binnen een realistische benadering. De Amerikaanse consument is nog niet massaal overgestapt op volledig elektrische voertuigen, en hybride oplossingen blijven populair. Met de introductie van nieuwe modellen in beide categorieën spreidt het concern zijn kansen.
Stellantis is niet populair onder analisten - deze investering moet het tegendeel bewijzen

De grote vraag is of Stellantis zijn logistiek en productontwikkeling snel genoeg kan opschalen om mee te blijven doen met concurrenten als Ford, GM en Toyota. Het succes zal afhangen van snelheid, kwaliteit en vooral het vermogen om de merkwaarden van Jeep en Ram opnieuw relevant te maken voor een nieuwe generatie kopers.
Met deze investering toont Stellantis dat het bereid is fors te investeren in herstel en vernieuwing. Door gebruik te maken van bestaande productiecapaciteit, maar tegelijk te investeren in elektrificatie en werkgelegenheid, kiest het bedrijf voor een toekomstgerichte aanpak. De vraag is nu niet óf, maar hoe snel die $13 miljard zich zal terugbetalen in marktaandeel, omzet en vertrouwen. Voor beleggers én beleidsmakers is dit een testcase voor industriële wederopbouw in een tijdperk van economische herpositionering.