Waarom veel beleggers dit aandeel toch blijven kopen
- Jelger Sparreboom
- 4 uur geleden
- 5 minuten om te lezen
In het kort:
Terwijl de iPhone-verkoop stabiliseert, verschuift Apple slim naar een model waarin diensten met 70% marge de winstmachine vormen.
Met 315 miljoen gebruikers die toe zijn aan een upgrade, kan de iPhone 17-cyclus een nieuwe groeifase ontketenen.
Apple’s kracht ligt in een ecosysteem dat elk toestel terugkerende inkomsten laat genereren.
Apple is al jaren het bedrijf waar beleggers hun twijfels over uitspreken, maar waar ze toch in blijven investeren. Elke keer dat analisten wijzen op gebrek aan innovatie, stagnerende iPhone-verkopen of hoge waarderingen, blijft de vraag naar het aandeel verrassend groot.
Stagnerende Iphone omzet:

Het is niet enkel nostalgie naar het tijdperk van Steve Jobs of blind vertrouwen in merkherkenning. Het is iets fundamentelers: Apple is erin geslaagd zijn groei opnieuw uit te vinden, op een manier die subtiel, winstgevend en duurzaam is. De aantrekkingskracht van het aandeel zit in dat stille evenwicht tussen hardware, diensten en een ecosysteem dat steeds meer op een financieel perpetuum mobile lijkt.
De kern van Apple’s huidige strategie is eenvoudiger dan ze lijkt: verlaag de drempel, verhoog de afhankelijkheid. De tijd dat het bedrijf elk jaar een iPhone lanceerde met een prijsstijging van honderden dollars is voorbij. Nieuwe modellen worden bewust niet meer tegen extreem hoge marges geprijsd. Dat lijkt op het eerste gezicht defensief, alsof Apple marktaandeel probeert te behouden door in te leveren op winst per toestel. In werkelijkheid is het een verschuiving van winstmoment naar winstpatroon. De iPhone fungeert als toegangspoort tot het rijk van de terugkerende inkomsten.
Die aanpak doet denken aan het scheermesjesmodel: het apparaat (het scheermes) brengt gebruikers binnen, de diensten (de mesjes) zorgen voor de blijvende kasstroom. Door prijzen te stabiliseren en features te verbeteren, zoals met de iPhone 17-serie, worden gebruikers verleid tot upgrades. Zodra dat gebeurt, ontstaat een keten van betalingen: in-app-aankopen, abonnementen, Apple Pay, iCloud-opslag, en niet te vergeten de miljarden die Google jaarlijks betaalt om de standaardzoekmachine in Safari te blijven.
Het resultaat: een dienstenbusiness die inmiddels bijna een kwart van Apple’s totale omzet uitmaakt en tegen marges van meer dan 70% draait. Sinds 2013 groeide de omzet van deze divisie van $16 miljard naar ruim $96 miljard. Daarmee is het niet alleen de motor van Apple’s winstgroei geworden, maar ook een buffer tegen de cyclische aard van hardwareverkopen. Terwijl de verkoop van iPhones schommelt rond de 200 miljoen toestellen per jaar, stijgt de omzet uit diensten gestaag door, kwartaal na kwartaal.
Dienstenomzet groeit als % van totale omzet:

Tim Cook weet dat de wet van de grote getallen onvermijdelijk is. De iPhone kan niet eeuwig met dubbele cijfers groeien. Maar door elk toestel te verbinden aan een groeiend netwerk van betaalde diensten, haalt Apple uit dezelfde gebruiker steeds meer waarde, en dat met minimale extra kosten.
Wie dacht dat de smartphone volwassen was en innovatie overbodig, heeft de recente upgradecyclus onderschat. Volgens JPMorgan staan er ruim 315 miljoen iPhones wereldwijd die al vier jaar niet zijn vervangen. Dat is een stil opgebouwde berg latente vraag. De iPhone 17-serie heeft die potentie geactiveerd: pre-orders liggen 5 tot 10% hoger dan vorig jaar, en de wachttijden bij Apple Stores zijn met 80% toegenomen.
De verklaring zit niet in spectaculaire vormveranderingen, maar in iets subtielers: een beter evenwicht tussen prestaties, batterijduur en prijs. In China, waar overheidssteun geldt voor toestellen onder 6.000 yuan, stijgt de vraag naar de instapmodellen, terwijl in de VS en Europa de Pro-varianten de toon zetten. Dit schuift de gemiddelde verkoopprijs nauwelijks omlaag, maar verhoogt wel de totale omzet. JPMorgan verwacht dat Apple in boekjaar 2026 ongeveer 236 miljoen iPhones zal verschepen, goed voor zo’n $80 miljard aan omzet.
Die stijging lijkt klein, slechts 2% groei, maar door de schaal van Apple vertaalt dat zich in miljarden aan extra brutowinst. Belangrijker nog: elke upgrade vergroot de actieve gebruikersbasis die Apple kan monetiseren via diensten. Met meer dan 1,5 miljard actieve iPhones wereldwijd heeft het bedrijf een distributiekanaal dat elke softwareproducent benijdt.
De kracht van die infrastructuur blijkt uit de cijfers van het derde kwartaal van 2025: $94 miljard omzet, een stijging van 10%, waarbij zowel iPhone, Mac als Services dubbele cijfers noteerden. De operationele marge bleef uitzonderlijk hoog met 46,5%, en de nettowinst steeg 9% tot $23,4 miljard.

De stijging van de Mac-verkopen (+15%) en de recordaantallen upgraders in elk productsegment wijzen op een ecosysteem waarin elk onderdeel het andere versterkt. Wie een nieuwe iPhone koopt, vernieuwt vaak ook zijn Mac of AirPods. Het zijn geen losse producten meer, maar schakels in een keten van gebruikservaringen die samen een lock-in creëren.
Toch klinkt de kritiek op Apple luider dan op de meeste andere techreuzen. Analisten wijzen op een trage deelname aan de AI-revolutie, het gebrek aan doorbraken na de iPhone, en de hoge waardering ten opzichte van groei. Een koers/winst-verhouding van bijna 40 tegenover een EPS-groei van rond de 10% klinkt vrij hoog. Maar toch is er een groter plaatje.
P/E Apple, afgelopen 10 jaar:

Apple’s AI-strategie is niet gericht op het bouwen van een allesomvattend taalmodel zoals ChatGPT of Gemini. De ambitie ligt elders: AI als stille kracht in de gebruikservaring. Tijdens de WWDC van dit jaar introduceerde het bedrijf Apple Intelligence, een reeks functies die draaien op Apple’s eigen chips, direct op het apparaat. Met toepassingen als live vertaling, tekstverbetering en beeldherkenning die privacy centraal stellen.
Tim Cook noemde AI “één van de meest ingrijpende technologieën van onze tijd”, maar benadrukte dat Apple zijn eigen weg volgt. De kracht van deze benadering zit in de integratie: gebruikers merken de technologie, maar niet de complexiteit. AI is bij Apple een middel om de ervaring te verfijnen.
Bovendien positioneert Apple zich slim aan de hardwarekant van deze nieuwe golf. Terwijl de wereld hongerig is naar rekenkracht, blijven apparaten met Apple Silicon de enige consumentenproducten die complexe AI-taken lokaal kunnen uitvoeren. Dat maakt ze zowel energiezuiniger als veiliger, en het geeft Apple een duurzaam voordeel.
De echte reden waarom beleggers Apple blijven kopen, is dat het bedrijf meer is geworden dan de som van zijn producten. De iPhone mag het vlaggenschip blijven, maar de winst komt steeds meer uit wat er ná de verkoop gebeurt. Elk onderdeel van het ecosysteem, van iCloud tot Apple Music, van App Store tot AppleCare, draait op terugkerende inkomsten.
Zelfs de controversiële Google-deal, waarbij Alphabet jaarlijks ongeveer $20 miljard betaalt om zoekmachine te blijven op Safari, is onderdeel van dat mechanisme. Zolang Apple miljarden apparaten beheert waarop die zoekmachine draait, blijft die stroom bestaan.
En dan zijn er nog de meer tastbare investeringen. De verschuiving van productie naar India verlaagt niet alleen het geopolitieke risico, maar vergroot ook de margepotentie op de lange termijn. In de eerste vier maanden van dit jaar exporteerde Apple al $7,5 miljard aan iPhones uit India, ruim op schema om de jaarlijkse uitvoer te verdubbelen.
De balans is nog steeds een toonbeeld van financiële discipline. Met $133 miljard aan cash en marktwaardige beleggingen en slechts $102 miljard aan schuld blijft Apple netto schuldenvrij. Alleen al in het derde kwartaal werd $27 miljard aan aandeelhouders teruggegeven via dividenden en inkoopprogramma’s.
Dat betekent niet dat er geen risico’s zijn. Regelgevende druk rond de App Store en het Europese Digital Markets Act-dossier kan de winst van de dienstenafdeling aantasten. Boetes tot een miljard dollar per jaar zijn mogelijk. Maar zelfs dat bedrag is relatief klein in verhouding tot de jaarlijkse nettowinst van ruim $100 miljard.
De echte test voor Apple ligt in het behouden van zijn culturele relevantie. Zolang het merk stand houdt, blijft de kans groot dat gebruikers binnen het ecosysteem blijven en dus dat de kasstroom blijft stromen.